Hartfalen, in de medische wereld ook wel aangeduid als congestief hartfalen, ontstaat op het ogenblik dat je hartspier het bloed niet zo meer goed rond kan pompen als dat zou eigenlijk zou moeten.
Bepaalde medische aandoeningen, zoals het hebben van vernauwde bloedvaten rondom je hart (coronaire hartziekte) of een te hoge bloeddruk, zorgen ervoor dat je hart geleidelijk te zwak of te stijf gaat worden om zich met bloed te vullen en het vervolgens efficiënt rond te pompen door je lichaam.
Helaas kunnen vandaag de dag nog niet alle aandoeningen die tot hartfalen kunnen leiden, terug kunnen worden gedraaid, maar bepaalde behandelingen kunnen wel de klachten en de symptomen van hartfalen verbeteren en je zo helpen om langer in leven te blijven.
Veranderingen in je manier van leven, zoals meer bewegen, het verminderen van de hoeveelheid zout in je eten, om leren gaan met stress en het kwijtraken van overtollige kilo’s lichaamsgewicht, kunnen de kwaliteit van leven absoluut op een positieve manier beïnvloeden.
Eén manier om hartfalen te kunnen voorkomen, is door tegengaan en het in de hand houden van aandoeningen die hartfalen tot gevolg kunnen hebben, zoals coronaire hartziekte, een hoge bloeddruk, diabetes of obesitas.
Symptomen van hartfalen
Hartfalen kan voorkomen in een chronische- of acute vorm, respectievelijk dus in een situatie die voort blijft duren of als een toestand die plotseling ontstaat. De klachten en symptomen die kunnen wijzen op hartfalen, zijn onder andere:
- Kortademigheid (dyspneu) op momenten dat je je lichamelijk inspant, of wanneer je gaat liggen,
- Vermoeidheid en een gevoel van zwakte,
- Zwelling (oedeem) in je benen, enkels en voeten,
- Een snelle- of onregelmatige hartslag,
- Afname van het vermogen om te kunnen bewegen,
- Een aanhoudende hoest of piepende ademhaling waarbij wit of roze met bloed gekleurd slijm wordt geproduceerd,
- Meer aandrang om ’s nachts te gaan plassen,
- Zwelling van je buik (ascites),
- Erg snelle toename van je lichaamsgewicht als gevolg van het vasthouden van vocht (vochtretentie),
- Gebrek aan eetlust en het gevoel van misselijkheid,
- Concentratieproblemen of een afgenomen alertheid,
- Acute, ernstige kortademigheid en het ophoesten van roze, schuimend slijm,
- Pijn op de borst wanneer je hartfalen het gevolg is van een hartaanval.
Wanneer moet je een arts raadplegen bij hartfalen?
Raadpleeg je huisarts op het moment dat je vermoedt dat je klachten of symptomen van hartfalen opmerkt. Zoek zelfs met spoed medische hulp op het ogenblik dat je één van de volgende aandoeningen doormaakt:
- Pijn op de borst,
- Flauwvallen of een gevoel van ernstige zwakte,
- Een snelle- of onregelmatige hartslag samen met kortademigheid, pijn op de borst of flauwvallen,
- Acute, ernstige kortademigheid en het ophoesten van roze, schuimend slijm.
Ondanks dat deze klachten en symptomen wellicht te wijten zijn aan hartfalen, zijn er nog talloze andere mogelijke oorzaken, zoals andere levensbedreigende hart- en longaandoeningen.
Probeer echter nooit om op eigen houtje een diagnose te stellen en bel de alarmlijn voor directe medische hulp. Spoedeisende hulp artsen zullen in dat geval alles in het werk stellen om je toestand te stabiliseren en vast te stellen of je symptomen te wijten zijn aan hartfalen of dat er een andere oorzaak aan te grondslag ligt.
Zodra je een diagnose van hartfalen hebt gekregen en wanneer één van de symptomen acuut erger wordt, of je een nieuwe klacht of symptoom erbij krijgt, dan kan dit betekenen dat het bestaand hartfalen erger is geworden, of niet reageert op de gegeven behandeling.
Dit kan tevens het geval zijn wanneer je binnen een paar dagen 2,5 kilo of meer aan bent gekomen. Neem in dat soort gevallen altijd direct contact op met je huisarts, of andere arts die je behandelt.
Oorzaken van hartfalen
Hartfalen ontstaat meestal nadat andere aandoeningen schade aan je hart hebben veroorzaakt of je hart hebben verzwakt. Het hart hoeft echter niet te zijn verzwakt om hartfalen tot gevolg te kunnen hebben.
Hartfalen kan namelijk eveneens ontstaan wanneer de hartspier te stijf is geworden.
Bij hartfalen kunnen de meest belangrijke pompgedeelten van je hart (de kamers) stijf worden en zich niet goed meer vullen tussen de hartslagen in.
In bepaalde gevallen van hartfalen, kan je hartspier beschadigd en verzwakt raken en kunnen de hartkamers zich verwijden tot op een punt dat het hart niet meer in staat is om het bloed efficiënt door je lichaam te pompen.
In de loop van de tijd kan het hart bovendien niet meer voldoen aan de normale eisen die eraan worden gesteld om bloed naar de andere delen van je lichaam te pompen.
Een zogenaamde ejectiefractie is een belangrijke meting van de mate waarin je hart in staat is om bloed rond te pompen. Deze meting wordt dan ook gebruikt om te helpen hartfalen te classificeren en de behandeling te begeleiden.
In een gezond hart is de ejectiefractie 50 procent of meer, wat wil zeggen dat meer dan de helft van het bloed dat de hartkamer vult bij iedere hartslag weer weg wordt gepompt.
Maar hartfalen kan zelfs ontstaan wanneer er sprake is van een normale ejectiefractie. Dit gebeurt op het moment dat de hartspier stijf is geworden als gevolg van bepaalde aandoeningen, zoals een hoge bloeddruk.
Hartfalen kan bovendien betrekking hebben op de linkerkant (de linkerhartkamer), de rechtkant (de rechterhartkamer) of op beide kanten van je hart. In de regel zal hartfalen aan de linkerzijde beginnen, in het bijzonder de linkerhartkamer, dit is namelijk de hoofdkamer van je hart.
Type hartfalen | Omschrijving |
Linkszijdig hartfalen | Er kan vocht in je longen terechtkomen, met als gevolg dat je kortademig wordt. |
Rechtszijdig hartfalen | Er kan vocht in je buik, benen en voeten terechtkomen, met als gevolg dat er zwelling ontstaat. |
Systolisch hartfalen | De linkerhartkamer kan niet erg samentrekken, wat duidt op een pompprobleem. |
Diastolisch hartfalen | De linkerhartkamer kan zich niet ontspannen of zich helemaal vullen, wat duidt op een vulprobleem. |
Een van de volgende aandoeningen kan schade toebrengen aan je hart of het verzwakken en zo hartfalen tot gevolg hebben. Een aantal daarvan kunnen aanwezig zijn zonder dat je daar zelf van op de hoogte bent:
- Coronaire hartziekte en een hartaanval. Coronaire hartziekte is de meest voorkomende vorm van hartziekte en de meest voorkomende oorzaak van hartfalen. De ziekte is het gevolg van de opbouw van vetafzettingen (plaque) in je bloedvaten, die de bloedstroom af laten nemen en die kunnen leiden tot de ontwikkeling van een hartaanval.
- Hoge bloeddruk (hypertensie). Op het moment dat je bloeddruk hoog is, dan zal je hart harder dienen te werken dan normaal om al het bloed door je lichaam te laten circuleren. Na verloop van tijd kan deze extra inspanning echter je hartspier te stijf of te zwak maken om nog effectief bloed rond te kunnen pompen.
- Defecte hartkleppen. De kleppen van je hart zorgen ervoor dat het bloed in de juiste richting door de hartspier stroomt. Een beschadigde hartklep, door een hartafwijking, coronaire hartziekte of een hartinfectie, zal je hart echter dwingen om harder te gaan werken, wat de hartspier na enige tijd kan gaan verzwakken.
- Schade aan de hartspier (cardiomyopathie). Beschadiging van de hartspier (cardiomyopathie) kan talloze oorzaken hebben, zoals diverse ziekten, infecties, alcoholmisbruik en het giftige (toxische) effect van bepaalde drugs, zoals cocaïne, of sommige medicatie die wordt gebruikt bij chemotherapie. Erfelijke factoren kunnen hier eveneens een rol bij spelen.
- Myocarditis. Myocarditis is een ontsteking van de hartspier die vaak het gevolg is van een infectie door een virus en die kan leiden tot linkszijdig hartfalen.
- Aangeboren hartafwijkingen, dus afwijkingen aan het hart waar je mee wordt geboren. Op het moment dat je hart en de hartkamers of -kleppen niet op de juiste manier zijn gevormd, dan dienen de gezonde delen van je hart harder gaan werken om het bloed door je hartspier te kunnen pompen, wat op zijn beurt weer kan leiden tot hartfalen.
- Abnormale hartritmes (hartritmestoornissen). Abnormale hartritmes kunnen ervoor zorgen dat je hart te snel gaat kloppen, wat weer extra werk voor je hartspier op zal leveren. Een te trage hartslag kan echter ook leiden tot het ontstaan van hartfalen.
- Andere ziekten. Chronische ziekten, onder andere diabetes, HIV, hyperthyreoïdie (te snel werkende schildklier), hypothyreoïdie (te traag werkende schildklier) of een ophoping van ijzer (hemochromatose) of eiwit (amyloïdose), kunnen eveneens bijdragen aan het ontstaan van hartfalen.
Oorzaken van acuut hartfalen zijn virussen die de hartspier aanvallen, ernstige infecties, allergische reacties, bloedstolsels in de longen (longembolie), het gebruik van bepaalde geneesmiddelen of een ziekte die invloed heeft op heel het lichaam.
Risicofactoren van hartfalen
Een enkele risicofactor kan al voldoende zijn om hartfalen te laten ontstaan, het is dan ook logisch dat een combinatie van factoren je risico hierop nog verder zal verhogen. Bekende risicofactoren van hartfalen zijn:
- Hoge bloeddruk. Je hart werkt harder, dan het normaal zou moeten doen, op het moment dat je last hebt van een verhoogde bloeddruk.
- Coronaire hartziekte. Vernauwde slagaders kunnen de toevoer van zuurstofrijk bloed naar je hart beperken, wat zal resulteren in een verzwakking van de hartspier.
- Hartaanval. Een hartaanval is een vorm van coronaire ziekte die acuut ontstaat. Schade aan je hartspier als gevolg van een hartaanval kan betekenen dat je hartspier niet meer zo goed in staat is om te pompen als dat eigenlijk zou moeten.
- Diabetes. Lijden aan diabetes vergroot de kans op het ontwikkelen van een hoge bloeddruk en coronaire hartziekte.
- Het gebruik van bepaalde diabetesmedicatie. De diabetesmedicijnen rosiglitazon en pioglitazon bleken bij bepaalde personen de kans op hartfalen te vergroten. Je mag echter nooit op eigen houtje stoppen met het gebruik van deze geneesmiddelen. Op het moment dat je ze gebruikt, dan dien je dit te bespreken met je behandelende arts of het verstandig is veranderingen aan te brengen en op welke wijze dat dan dient te gebeuren.
- Sommige geneesmiddelen. Het gebruik van bepaalde medicatie kan leiden tot de ontwikkeling van hartfalen of hartproblemen. Geneesmiddelen die de kans op hartproblemen kunnen vergroten, zijn zogenaamde niet-steroïde ontstekingsremmende geneesmiddelen (NSAID’s), sommige middelen die worden gebruikt voor anesthesie, bepaalde middelen die hartritmestoornissen tegen moeten gaan, sommige geneesmiddelen die gebruikt worden voor het behandelen van een hoge bloeddruk, kanker, bloedaandoeningen, neurologische aandoeningen, psychiatrische aandoeningen, longaandoeningen, aandoeningen aan de urinewegen, aandoeningen die betrekking hebben op ontstekingen en infecties,maar ook andere medicatie (zowel op doktersrecept als vrij verkrijgbare varianten). Stop echter niet op eigen houtje met het innemen van deze geneesmiddelen. Indien je vragen hebt over een bepaald middel dat je gebruikt, dan dien je dit met je behandelende arts te bespreken en volgt de aanwijzingen op die hij, of zij,je geeft indien er veranderingen in het gebruik ervan doorgevoerd dienen te worden.
- Slaapapneu. Het niet meer in staat zijn om goed te ademen terwijl je ’s nachts slaapt, zal resulteren in een laag zuurstofgehalte in het bloed en een vergrote kans op het ontstaan van abnormale hartritmes. Allebei deze aandoeningen kunnen het hart echter gaan verzwakken.
- Aangeboren hartafwijkingen. Bepaalde personen die hartfalen ontwikkelen, werden geboren met een structurele afwijking aan het hart.
- Valvulaire hartziekte. Mensen die lijden aan een aandoening aan één of meerdere hartkleppen hebben een grotere kans op het ontwikkelen van hartfalen.
- Virussen. Een virale infectie kan schade toebrengen aan je hartspier.
- Misbruik van alcohol. Te veel alcohol drinken kan de hartspier zwakker maken en zo eveneens tot de ontwikkeling van hartfalen leiden.
- Gebruik van tabak. Het gebruik van tabak kan de kans op het ontstaan van hartfalen groter maken.
- Obesitas. Mensen die kampen met obesitas hebben een grotere kans op het ontwikkelen van hartfalen.
- Onregelmatige hartslag. Dergelijke abnormale hartritmes, in het bijzonder wanneer ze erg frequent en snel zijn, kunnen de hartspier zwakker maken en hartfalen tot gevolg hebben.
Complicaties van hartfalen
Indien je lijdt aan hartfalen, dan zal je voortuit afhangen van de oorzaak en de ernst, je algehele gezondheid en andere factoren, zoals je leeftijd. Complicaties die op kunnen treden als gevolg van hartfalen kunnen zijn:
- Nierbeschadiging of -falen. Hartfalen kan de toevoer van bloed naar je nieren af laten nemen, wat uiteindelijk nierfalen tot gevolg kan hebben op het moment dat er geen behandeling in gang wordt gezet. Schade aan de nieren door hartfalen kan het noodzakelijk maken dat er dialyse moet plaatsvinden als behandeling.
- Problemen met de hartklep(pen). De kleppen van je hart, die het bloed dat door je hartspier stroom in de juiste richting sturen, werken mogelijk niet goed wanneer je hart is vergroot of wanneer de druk in je hart ernstig verhoogd is als gevolg van hartfalen.
- Hartritmestoornissen. Hartritmestoornissen kunnen een mogelijke complicatie zijn die ontstaat door hartfalen.
- Leverschade. Hartfalen kan resulteren in een opeenhoping van vocht die een te hoge druk uitoefent op de lever. Deze vochtophoping kan leiden tot de vorming van littekens, waardoor het voor je lever extra lastig wordt om naar behoren te kunnen werken.
De symptomen en de werking van het hart van bepaalde mensen zullen echter verbeteren wanneer er een juiste behandeling in gang wordt gezet. Hartfalen kan echter levensbedreigend van aard zijn.
Personen die lijden aan hartfalen kunnen ernstige symptomen laten zien en sommigen van hen kunnen zelfs een harttransplantatie of een andere wijze van ondersteuning nodig hebben, bijvoorbeeld in de vorm van een zogeheten ventriculair hulpmiddel.
Voorkomen van hartfalen
De sleutel tot het voorkomen van hartfalen is het minimaliseren van je risicofactoren. Je kunt een groot aantal van deze risicofactoren voor hartziekten, zoals een hoge bloeddruk en coronaire hartziekte, onder controle houden of zelfs helemaal uitbannen door bepaalde veranderingen door te voeren in je levensstijl, dit in combinatie met de benodigde medicatie.
Wijzigingen in je manier van leven die je door kunt voeren om hartfalen te kunnen voorkomen, zijn onder andere:
- Niet roken,
- Het onder controle houden van bepaalde aandoeningen, zoals hoge bloeddruk en diabetes,
- Voldoende lichamelijk actief blijven,
- Gezond eten,
- Een gezond lichaamsgewicht weten te bereiken en behouden,
- Stress verminderen en onder controle leren houden.