Op het moment dat er de middelste zenuw bekneld raakt in de pols dan is er sprake van een carpale tunnelsyndroom. Het betreft dan de zenuw die vanuit de onderarm via een tunnel naar de palm van de hand loopt. Hoewel deze aandoening in de hand kan worden gewerkt door een aantal factoren (zoals veelvuldig eenzelfde handeling verrichten, diabetes, overgewicht of de menopauze) is het syndroom ook veel voorkomend bij zwangere vrouwen.
Oorzaak
De beknelling die ontstaat bij een carpale tunnelsyndroom wordt veroorzaakt door een zwelling van het bindweefsel. Er heeft zich, onder invloed van de verandering in de hormoonspiegel, vocht opgehoopt. Hierdoor zal de druk op de tunnel toe gaan nemen en voor de kenmerkende klachten zorgen.
Symptomen
Je kunt het carpale tunnelsyndroom vaak herkennen aan een aantal symptomen. Hierbij kun je onder andere denken aan:
- een gevoel van pijn of tintelingen in de hand
- een minder goed gevoel in de vingers.
- een gevoel minder kracht in de handen te hebben
- de neiging om met de handen te gaan wapperen.
De pijn hoeft zich echter niet te beperken tot de hand maar kan eveneens heel de arm betreffen. Bovendien kun je met de aangedane hand of arm soms zelfs minder goed de meest normale handelingen verrichten. Tijdens een zwangerschap treden klachten voornamelijk gedurende de nacht op.
Combinatie van klachten
Een carpale tunnelsyndroom gaat in een heleboel gevallen samen met een aantal andere klachten zoals pijn in de arm, de nek en de schouders. Een diagnose stellen is soms dan ook niet eenvoudig. Meestal zal de diagnose worden gesteld door een specialist zoals een neuroloog. Op het moment dat je veel klachten hebt dan is het overigens altijd zinvol om contact op te nemen met je huisarts of de begeleider van je zwangerschap.
Behandeling
De behandeling van een carpale tunnelsyndroom is afhankelijk van de ernst van de klachten. Zo kunnen er bijvoorbeeld bij lichte klachten dagelijkse werkzaamheden en activiteiten (tijdelijk) aan worden gepast. Maar ook zou er een (nacht)spalk aangemeten kunnen worden. Doordat de klachten bij een zwangere vrouw vaak vanzelf, na de bevalling, weer zullen verdwijnen is een dergelijke spalk meestal voldoende en hoeft er niet over gegaan te worden op de zwaardere behandelingen zoals het geven van injectie of het uitvoeren van een operatieve ingreep. In dit laatste geval zou een verwijzing naar een chirurg noodzakelijk zijn.