De alvleesklier staat eveneens bekend als de pancreas en, in mindere mate, als de buikspeekselklier. Het orgaan bevindt zich gedeeltelijk in de buikholte en worden deels door het buikvlies bekleed. De alvleesklier ligt voor een deel achter de maag en de twaalfvingerige darm maar raakt eveneens de nier en bijnier aan de linkerkant van je lichaam. Doordat de alvleesklier erg diep in de bovenbuik is gelegen, zal een medische ingreep aan dit orgaan niet eenvoudig zijn.
Bij een volwassen mens heeft de alvleesklier een lengte tussen de 12 en de 15 centimeter en een gewicht van 70 tot 100 gram. Het orgaan is in drie stukken te verdelen:
- een hoofd (caput),
- een lichaam (corpus),
- een staart (cauda).
De alvleesklier is een zogenaamde gemengde klier. Dit wil zeggen dat het orgaan niet alleen een endocriene- maar ook een exocriene functie heeft.
Werking
Tijdens de embryonale ontwikkeling zal de alvleesklier worden gevormd uit uitstulpingen van de twaalfvingerige darm die zich zullen vertakken tot een stelsel van gangen. Aan het einde van deze gangen zullen zich cellen bevinden die alvleeskliersap aanmaken. Dit sap zal door de gangen in de darm terechtkomen.
Verder zullen in de alvleesklier klompjes cellen worden gevormd) eilandjes van Langerhans) die zorgen voor de aanmaak van hormonen die noodzakelijk zijn voor een goede koolhydraatstofwisseling. In plaats van de hormonen via het stelsel van gangen af te geven zal de klier deze direct in de bloedbaan brengen.
De afgifte (secretie) van de alvleesklier is dus zowel uit- als inwendig. Het is namelijk een klier die een uitwendig afscheiding heeft ter bevordering van de spijsvertering, maar daarnaast ook een inwendige afscheiding heeft die voor een goede koolhydraatstofwisseling moet zorgen.