Een pacemaker is een klein elektronisch apparaatje dat onder de huid geïmplanteerd wordt om het hartritme te helpen reguleren. De meeste pacemakers zijn geïmplanteerd om symptomen te behandelen die veroorzaakt worden door bradycardie (een trage hartslag) als gevolg van het sick-sinussyndroom of een hartblok.
Het hebben van een pacemaker moet problemen oplossen of voorkomen, en deze dus zeker niet veroorzaken. Over het algemeen is dat de belangrijkste functie van dit vernuftige apparaatje. Het hebben van een pacemaker mag je leven dus niet enorm gaan veranderen of in de war sturen. Zolang je een aantal simpele voorzorgsmaatregelen neemt en het schema volgt dat je van je arts hebt gekregen om van tijd tot tijd gecontroleerd te worden, dan zul je al snel merken dat het dragen van een pacemaker je manier van leven niet merkbaar negatief zal beïnvloeden.
Na de implantatie van een pacemaker
Het implanteren van een pacemaker is een zogenaamde minimaal invasieve operatieve ingreep. De typische herstelperiode ervan zal dan ook niet lang of zwaar zijn. Je kunt weliswaar wat pijn ervaren op de plaats waar de snede (incisie) is gezet gedurende enkele dagen. Daarnaast kan je arts je aanraden om voor de duur van één tot twee weken geen zware lichamelijke activiteiten uit te voeren, of iets zwaars te tillen. De plaats van de incisie zal over het algemeen na twee tot drie weken helemaal zijn genezen en je zou er dan ook verder niet door beperkt moeten worden.
Gedurende deze beginperiode dien je echter wel goed te letten op tekenen die kunnen wijzen op een bloeding of een infectie, zoals zwelling, een toegenomen roodheid of een verergerde pijn. Wanneer je met dit soort klachten te maken krijgt, dan dien je direct je arts hiervan op de hoogte te stellen. Gelukkig treden dit soort complicaties maar zelden op. Bovendien zul je je pacemaker periodiek moeten laten checken om te zien of deze normaal functioneert en of de batterij nog voldoende energie kan leveren.
In bepaalde gevallen kunnen dergelijke pacemakercontroles zelfs thuis uit worden gevoerd, door het apparaatje draadloos en op afstand door je arts uit te lezen. Hiervoor zul je dan echter wel een speciaal apparaat voor mee moeten krijgen. Naast dit soort controles dien je overigens ook één of twee keer per jaar poliklinisch door je arts gecontroleerd.
Op het ogenblik dat de batterij leeg raakt, vaak is dat pas na vijf tot tien jaar, dan zal er door je arts een vervangende pacemaker in worden gepland. Dit is een relatief simpele ingreep, die uit zal worden gevoerd onder plaatselijke verdoving, waarbij je oude pacemakergenerator los zal worden gemaakt van de bedradingen en weg worden gehaald. Daarna zal er een nieuwe generator worden bevestigd en de incisie die is gemaakt weer dicht wordt genaaid. Over het algemeen hoeven de bedradingen van de pacemaker nooit te worden vervangen, dit is alleen aan de orde wanneer ze problemen gaan veroorzaken of mankementen gaan vertonen.
Welke voorzorgsmaatregelen moet je met een pacemaker nemen?
In tegenstelling tot wat in veel gevallen aan wordt genomen, zullen moderne huishoudelijke apparaten, zoals magnetrons, geen storend werking hebben op een pacemaker en zou er dus geen enkele reden moeten zijn om je daar zorgen om te maken. Bij sommige andere apparaten zijn er echter wel enkele speciale voorzorgsmaatregelen noodzakelijk om te nemen, onder andere:
- Mobiele telefoons. Mobiele telefoons kunnen, wanneer ze in de buurt van de pacemaker gehouden worden (bijvoorbeeld als de telefoon in een borstzak wordt gestopt) de werking van een pacemaker mogelijk beïnvloeden. Maar zolang de telefoon maar twintig centimeter of meer van de pacemaker is verwijderd, zou er geen probleem op mogen treden.
- Magneten. Net zoals mobiele telefoons kunnen ook magneten een pacemaker beïnvloeden wanneer ze te dicht bij een pacemaker worden gehouden. Om die reden doe je er dan ook goed aan om magneten altijd simpelweg uit de buurt van je pacemaker te houden.
- Anti-diefstal detectoren. De detectors waar je in winkels tussendoor loopt, werken door middel van het uitzenden van elektromagnetische golven, die tijdelijk de functie van een pacemaker kunnen verstoren. Zolang je echter gewoon door de detector loopt (en dus niet tussen de poortjes in blijft staan), zou je geen problemen mogen ondervinden. Op het ogenblik dat je deze detectoren dus tegenkomt, dien je gewoon doorlopen.
- Metaaldetectoren die bedoeld zijn voor luchthavenbeveiliging. Je pacemaker kan de metaaldetector waar je tussendoor loopt bij de beveiliging op een luchthaven, af laten gaan. Deze metaaldetectoren hebben echter geen invloed op je pacemaker. Maar er kan wel een mogelijk een probleem ontstaan om de beveiliger je lichaam wellicht wil scannen met behulp van een handscanner nadat je de metaaldetector af hebt laten gaan. De handscanner bevat echter een magneet die je pacemaker wel kan verstoren als deze te dicht in de buurt komt. Voordat je door de beveiliging van de luchthaven gaat, dien je de dienstdoende beveiliger hier dan ook zeker van op de hoogte brengen zodat hij, of zij, de handscanner niet te dichtbij je pacemaker gaat gebruiken.
- Full body scanners Full-body scanners die eveneens gebruikt worden voor de luchthavenbeveiliging. De full body scanners op luchthavens (de apparaten die een beeld van je volledige lichaam maken) zullen je pacemaker blijkbaar niet beïnvloeden, maar er is tot op de dag van vandaag nog altijd verrassend weinig objectief bewijs voor handen over dit onderwerp.
- Booglassers en kettingzagen In tegenstelling tot huishoudelijke apparaten zijn booglassers en kettingzagen wel krachtig genoeg om de werking van je pacemaker in de war te sturen. Mensen die een pacemaker in zich hebben, dienen dit soort apparaten dan ook niet te gebruiken.
- MRI-scans MRI-scanners kunnen de stimulatiefunctie van een pacemaker onderbreken; onder bepaalde omstandigheden kunnen ze zelfs schade aan het apparaatje toebrengen. Problemen met een MRI kunnen worden voorkomen door speciale voorzorgsmaatregelen te nemen tijdens deze procedure en door bepaalde soorten MRI-scans uit te sluiten. Op het ogenblik dat je een pacemaker hebt en tevens een MRI moet ondergaan, dan dien je de risico’s en voordelen absoluut zorgvuldig met je arts te bespreken.
- Bestralingstherapie De krachtige straling die wordt gebruikt bij bestralingsbehandelingen kan de circuits van een pacemaker schade toebrengen. Op het moment dat je radiotherapie moet ondergaan, dan zal je pacemaker speciaal af moeten worden geschermd om het apparaatje te beschermen tegen het stralingsveld.
- Andere medische ingrepen en procedures
Pacemakers kunnen eveneens aan worden getast door
- – lithotripsie, die geluidsgolven die gebruikt worden bij de behandeling van gal- of nierstenen,
- – trans transcutane elektrische zenuw- of spierstimulatoren (TENS), die worden ingezet worden om pijn te bestrijden,
- – elektrocaustiek, die tijdens operaties wordt gebruikt om de bloeding onder controle te houden,
- – diathermie, waarbij elektromagnetische straling of microgolven worden gebruikt om weefsels te verhitten.
- Over het algemeen is het aan te bevelen om je artsen eraan te herinneren dat je een pacemaker heeft voordat er een medische ingreep of -procedure uit wordt gevoerd.
Slotopmerking
Het is de bedoeling dat de computertjes, wat placemakers in feite zijn, je manier van leven zullen verbeteren of in stand houden en dus niet beperken. Voor het grootste deel is dat gelukkig ook wat er zal gebeuren. Zodra je eenmaal bent hersteld van de implantatieoperatie, dan zullen geen van de benodigde voorzorgsmaatregelen een bijzondere belasting vormen en zul je u de meeste ervan tijdens je dagelijks leven niet een toe hoeven te passen. De meeste tijd, wanneer je pacemaker eenmaal is geïmplanteerd, zul je dan ook je normale leven kunnen blijven leiden zonder er al te vaak over na te hoeven denken dat er een dergelijk apparaatje je lichaam zit.